Digitaal toetsen (deel 4c): Security

Het derde deel (4c) uit deze reeks over security rondom toetsen.

  1. De docent ontwikkelt toetsvragen. > Digitaal toetsen (deel 4a): Security
  2. Het proefwerk of de toets wordt naar het toetsbureau gestuurd. > Digitaal toetsen (deel 4b): Security
  3. Het toetsbureau plant de toets (tijd, plek en (aantal) studenten).
  4. Fysieke en/of digitale voorbereiding.
  5. De toets wordt afgenomen.
  6. Het resultaat wordt verwerkt.

Fase 3: Met deze fase heb ik in de praktijk eigenlijk geen ervaring. Het zijn collega’s die het werk doen. Is security hier wel een issue?

In deze fase gaat het vooral om de planning van een ruimte, die wordt gereserveerd voor het afnemen van toetsen. We moeten dan denken aan voldoende plekken in een rustige en overzichtelijke ruimte. Surveillanten moeten overzicht hebben, bij digitale toetsen betekent dat overzicht over de beeldschermen (dus kunnen zien waar de studenten mee bezig zijn). Security hangt hier af van de kwaliteit van de surveillanten, maar dat kaart ik aan in de volgende fase.

Bij digitale toetsen moeten die toetsen in het digitale toetssysteem worden “ingeroosterd” voor de juiste studenten. Dat is wel een security aspect. Studenten inroosteren terwijl het niet de bedoeling is dat zij de betreffende toets maken, kan ertoe leiden dat die studenten op afstand toch de toets invullen. Een ander scenario is, dat die studenten de toets alleen maar bekijken en ondertussen via een vorm van digitale communicatie studenten die formeel in de examenruimte aanwezig zijn helpen bij het beantwoorden van de toetsvragen.

Wanneer meerdere groepen achter elkaar zijn ingeroosterd voor dezelfde toets, moet worden nagedacht over een manier om te voorkomen dat de eerste groep te veel informatie over de toets kan doorgeven aan studenten uit een volgende groep. Zolang het maar om twee groepen gaat is het niet al te lastig om deze gescheiden te houden. Dan is het handig die twee groepen aansluitend in te plannen, zodat de tijd die ze hebben om vragen met elkaar uit te wisselen zoveel mogelijk wordt beperkt. Bij meer groepen of als de groepen elkaar niet direct opvolgen wordt dat ingewikkelder. Als we digitaal toetsen, is randomisatie een mogelijkheid om dit probleem te verkleinen of zelfs helemaal op te lossen. (zie de reactie van Gose op Fase 1)

Spelen het tijdstip en het aantal studenten die tegelijk voor een toets worden ingeroosterd nog een rol in het kader van security? Bij welk aantal studenten plan je een extra surveillant in? Nog een leuke vraag: heb je bij digitale toetsafname meer of minder surveillanten nodig dan bij toetsen op papier?

 

Geef een reactie